Dankzij een goede tip van Bob Luijks op natuurfotografie.nl had ik gelezen over het Hohnbachtal bij Kelmis. Als beginnend orchideëen enthousiast sprak de omschrijving van vele mannetjesorchissen in het bos me erg aan. De mannetjesorchis is een vroege bloeier, dus meestal is hij uitgebloeid als ik in de Eifel kom. En bos geeft altijd interessante mogelijkheden tot bokeh, dus die ingrediënten samen waren voor mij een goede reden om eens een keer naar het zuiden te rijden. En als ik daar dan toch ben dan lonkt de Eifel met zijn kalkgraslanden natuurlijk. Zeker als je nog een vroeg bloeiende orchidee op je verlanglijstje hebt staan: de Harlekijn.
Dag 1 - Het Hohnbachtal
Gezien mijn slaapgebrek (kleine kinderen en natuurfotografie is een killing combinatie, zelfs voor een ochtendmens) leek het me verstandig om rustig te beginnen. Lekker uitslapen tot half 7 (dan worden de kinderen wakker), rustig en uitgebreid ontbijten en dan na de spits naar het zuiden rijden. Alles in het kader van energiebesparing zodat ik de 2e dag hopelijk zonder hoofdpijn of migraine naar huis kan rijden. Het is dus even geduld oefenen, maar dan zit ik ook in de auto. Op weg naar grote aantallen mannetjesorchis.
Vlak voor aankomst maak ik nog even een tussenstop bij Plombières. Een prachtig zinkreservaat met veel zinkviooltje en kans op de mooie kleine parelmoervlinder en uitsluipende bosbeekjuffers. Altijd leuk om er even rond te kijken, maar ik kon met moeite 2 kleine parelmoertjes vinden en de bosbeekjuffers dwarrelden al weer weg omdat het inmiddels al tegen het einde van de ochtend was. Even lekker genieten van een mooie omgeving en fijne soorten dus, maar dan gauw door naar het hoofddoel. Het Hohnbachtal in noordoost België.
En ik moet zeggen, het is echt een sprookjesachtige omgeving. Je loopt eerst over een zinkweide die minder mooi begroeid is als de velden bij Plombières, maar daarna kun je de Hohnbach oversteken en loop je langs een heerlijk kabbelende beek door een prachtig bos. Daslook bloeit volop en geeft een indringende, maar naar mijn mening wel lekkere geur af. Er bloeien nog meer planten die ik zo niet herken, maar het ziet er vrolijk uit.
Bij een mooi bruggetje met een middeleeuws uitziende boog ervoor klimt een pad het hellingbos in. Overal daslook en bloeiende planten, witjes en bonte zandoogjes dwarrelen door de lucht en het ruikt er gewoon naar voorjaar met een hint van knoflook waarvan het daslook de schuldige is. Ik zie salomonszegel en al gauw kom ik ook een paar eenbes planten tegen. Een markante plant met zijn enkele bes op een kroontje van stampers. Ik wil eigenlijk eerst de orchideëen vinden, maar de planten hier houden me toch even vast en de cameratas komt van de rug. Terwijl ik lekker in de flow kom zingen er overal vogels en in 2 uur tijd kom ik geen andere wandelaars of natuurliefhebbers tegen. Genieten met een hoofdletter G!
Maar goed, na een uurtje wandelen (je kan alleen aan de noordkant je auto kwijt) begin ik me af te vragen of ik de mannetjesorchissen wel ga vinden. Hoe ver zuidelijk moet ik eigenlijk zijn? Ik pak er op de telefoon nog even het artikeltje van natuurfotografie.nl bij. Op de zuidhelling dus, okè, nog maar verder wandelen dus. Een pad rechtdoor en een pad omlaag, tja, welke zal ik kiezen? Misschien groeien ze dicht bij de beek, ik kies maar voor naar beneden. Onderweg land er een citroenvlinder op dagkoekoeksbloem. Tja, citroen-geel en helder paars-roze, daar kan ik als fotograaf natuurlijk geen nee tegen zeggen!
Na 1,5 uur wandelen spot ik dan opeens de eerste mannetjeorchissen. Ze staan er prachtig bij, maar wel op een onhandig steile helling. Met moeite weet ik een koppeltje te bereiken, maar al glijdend fotograferen is niet helemaal optimaal. Maar ik heb geluk, er komt een dame langs die 2 honden uitlaat, altijd een goed signaal dat het mensen zijn die uit de buurt komen en de omgeving kennen. Vol enthousiasme verteld deze dame dat er bovenaan veel meer staan. En als jonge man moet ik toch zo even die steile helling met flinke rotspartijen kunnen beklimmen? Na een uitgebreide babbel waarin ik voorzichtig door laat schemeren dat ik niet zo veel zin heb om dwars door de bush-bush een helling te beklimmen in de hoop dat ik precies in het juiste stukje bos terecht kom besluit ze me even via de paden de weg te wijzen.
Ze verteld voluit over wat er allemaal te zien en te beleven is in het bos, ze komt er elke dag en heeft ook nog verstand van wat er groeit en rondvliegt. Erg leuk, zo'n behulpzame en enthousiaste dame. Soms is het jammer dat ik veelal alleen Nederlandse en soms latijnse namen uit mijn hoofd weet, de helft van de Duitse plantennamen laat ik het ene oor in en het andere weer uit gaan. Maar een flinke klim naar boven levert me dan uiteindelijk het juiste hoekje op. En niet overdreven, er staan er op zijn minst honderden! Een gevlekt bladrozet, een zuurstok in het midden met een kleurverloop van groen naar intens paars en ook nog een mooie bloemtros. Het zijn toch echt wel hele mooie plantjes!
Het leuke aan grote aantallen orchideëen is dat er dan een goede kans is op de nodige variatie. Vaak hebben leden van deze mooie familie een breed verloop in kleur en zo ook de doorgaans diep-paarse mannetjesorchis. Sommige exemplaren hebben een even donkere stengel, maar veel lichtere bloemen. Ze trekken eigenlijk direct mijn aandacht door het mooie licht-donker contrast. Ik kan dan eigenlijk ook niks anders dan mijn lens er op richten, een portie overbelichten om het lichte te benadrukken en dan kom je met een diafragma van 2.8 tot de volgende foto.
Een beetje experimenteren met double exposures, oftewel een meervoudige belichting, levert in combinatie met wat schaduw- en lichtspel de onderstaande aquarel op. Altijd leuk als je een schilderachtig beeld weet te creëren met de camera. In dit geval bestaat het eindresultaat uit 2 belichtingen, die beide 2 stops overbelicht zijn. Het gevolg is een foto die in het totaal 4 stops overbelicht is en dan ook flink uitbijt in de lichte partijen.Misschien wel eerlijk om te delen dat ik gewoon even vergeten was mijn overbelichting wat terug te schroeven voor de double exposure. Zo zie je maar weer, soms krijg je per ongeluk onverwachte resultaten die je niet te snel weg moet gooien.
Maar uiteindelijk moet ik niet vergeten waarom ik juist op reis ben gegaan naar dit plekje: de combinatie van bos en bloemen levert mogelijkheden op om te spelen met bokeh en patronen. Als ik een jong beukje en nog een 2e struikje vlak bij elkaar vind waartussen een mooi licht exemplaar bloeit heb ik mijn ultieme plekje gevonden. Hier kan ik het beeld maken dat ik in mijn hoofd heb. Ik kom dan ook in de loop van enkele uren steeds weer hier uit en probeer met de constant veranderende lichtomstandigheden foto na foto te maken. Ik wil dolgraag ook een liggende variant maken, maar dat lukte gewoon niet, de situatie leende zich er niet voor. Dan maar staand. Het leverde mijn persoonlijke favoriet van dit tripje op. Let vooral ook op het verloop van kleur in de stengel!
Maar dan zit ik een beetje met een probleem. Voor ik de wandeling begon heb ik een ijsthee op een terrasje gedronken en mijn liter veldfles tot de rand gevuld. Alleen na een paar uur wandelen en fotograferen is het water al lange tijd op en als ik niet genoeg drink heb ik grote kans op hoofdpijn. Terug en opnieuw heen wandelen kost waarschijnlijk wel twee uur en dan ga ik niet meer op tijd zijn voor het laatste licht. Wachten tot het laatste licht zou betekenen dat ik met mogelijk flinke hoofdpijn in de schemer terug moet wandelen. Ik besluit met gemengde gevoelens terug te gaan om weer bij te tanken. Aan de andere kant draait de zon precies haaks op de helling in het laatste licht waardoor echt mooi tegenlicht bij zonsondergang toch niet tot de mogelijkheden gebeurt. Note to self: koop een 2e veldfles voor grotere wandelingen en ga niet midden overdag, maar iets later het gebied in. Nu zat ik van het allerlaatste zonnetje te genieten op een terrasje met een schnitzel voor mijn neus. Voelt als vakantie, maar ik heb toch liever een bloempje voor mijn neus bij zonsondergang...
Dag 2 - Een rondje langs de kalkgraslanden
De weersvoorspellingen voor de 2e ochtend zijn wat twijfelachtig. Grote kans op bewolking. Maar ja, stel je voor dat het meevalt. Dus ik zet de wekker toch maar gewoon om kwart voor 5. De overnachting in een B&B bevalt goed, het ontbijt word s avonds voor me klaar gezet zodat ik op elke gewenste tijd kan ontbijten. Als ik naar buiten kijk zie ik sterren. Geen wolkje aan de lucht, dus snel aan het ontbijt. Snel een kop koffie naar binnen werken om mijn cafeïne verslaving tegemoet te komen, een croissantje naar binnen schrokken. Dan gauw de rest van de broodjes smeren, want er ligt een boterhamzakje klaar. Ideaal! Bedankt Aux Deux Coins Rond.
Op naar de Eifel! Ik hoop vooral op de Harlekijn. Deze orchidee bloeit zo vroeg dat je hem niet gemakkelijk 'mee kan pakken' op een tripje Eifel. Daarnaast is hij in de Eifel ook vrij zeldzaam, want het is geen typische kalkgraslandsoort. In Zeeland en op Texel komt de plant massaal voor, maar ja, daar kom ik ook nooit in april. Dus hopelijk kan ik hem nu meepakken. Ik ga het plantje zoeken in een gebied waarvan ik weet dat ze er mogelijk staan. Het artikel dat ik vond is al meer dan tien jaar oud en het is een redelijk groot gebied, maar na een korte rondwandeling voor zonsopkomst valt mijn oog op een groepje. Geen tijd voor een rondedansje, die komt achteraf wel. Eerst snel werken, want de zon komt al bijna over de bomen. Het allereerste licht levert het onderstaande beeld op van een robuust exemplaar. Zo is mijn soorten verzamelwoede weer een beetje tevreden gesteld en hoef ik volgend jaar april niet helemaal naar Zeeland te rijden.
Het mooie licht word gauw te hard en daarmee zijn de echt goede fotomomenten van dit tripje ten einde. Maar goed, ik ben hier nu en heb tijdens mijn online research weer de nodige nieuwe plekjes ontdekt die ik nog niet eerder bezocht heb. Dus gebruik ik de rest van de dag om nieuwe veldjes en plekjes te verkennen voor een eventuele volgende trip. Een van de kalkgraslanden blijkt redelijk vol te staan met purperorchis, maar de mooiste ontmoeting is toch wel die met een van mijn favorieten: de schattige, superkleine aangebrande orchis. Deze dotjes zijn nog geen tien centimeter groot! Het dorre gras en het gebrek aan mooi licht maakt het lastig om er wat bijzonders van te maken, maar ik kan het niet laten toch even een close-up te maken van deze schoonheden. Verder zal ik jullie niet vermoeien met registratiebeelden van de bloeiende purperorchissen, liefhebbers kunnen even een kijkje nemen op de soortenpagina.