Veelal fotografeer ik lekker dicht bij huis, maar zo in het voorjaar, in de mooiste maanden van het jaar kriebelt het altijd. Een veelkleurigheid aan bloemen komt in bloei, allerlei leuke vlindersoorten beginnen weer te vliegen en alles is afwisselend groen. Een prachtig moment om naar een van mijn favoriete gebieden te gaan: de Eifel. De meeste bekende en veelbezochte plekken ken ik al, maar ik vind het ook leuk om weer nieuwe hoekjes te bezoeken. Zo ook dit jaar en net 2 weken eerder dan ik meestal een tripje plan.
Eigenlijk had ik 2 doelsoorten deze trip. En wel 2 hele leuke, maar ook zeldzame. Ik hoopte de moerasparelmoervlinder te vinden en de zilvervlek. Beiden erg zeldzame soorten in onze contreien en beide zouden in theorie voor kunnen komen in een voor mij onbekend gebiedje. Altijd spannend dus, want je weet grofweg waar je moet zijn, maar niet wat je aan gaat treffen. Zoals meestal rijd ik na de spits richting het zuiden. We rijden langs Maastricht richting het zuiden, zodat we Thier de Lanaye onderweg nog kunnen bezoeken. Ik had op facebook al gezien dat de eerste soldaatjes in bloei stonden en de veldparelmoervlinder vliegt daar ook altijd rond half mei. Het lag er minder netjes bij dan ik gewend was, overal stond nog opslag van sleedoorn en helaas waren er maar een paar soldaatjes mooi in bloei en moest het merendeel toch nog komen. Ik had al wat signalen gelezen, maar blijkbaar liep de natuur fors achter in het zuiden.
En dan gaan we door naar een gebiedje waar de prachtige moerasparelmoervlinder zou moeten vliegen. Het plekje is snel gevonden en er staat redelijk wat pinksterbloem wat een prima nectarplant is. Al gauw zien we een klein oranje vlindertje vliegen en even maakt mijn hart een sprongetje, maar bij nadere inspectie blijkt het een hooibeestje... iets verderop nog een hooibeestje. Maar die kan ik bij huis ook fotograferen. We lopen een uur rond en 1 keer komt er met een forse windvlaag een grotere oranjerode vlinder langs geblazen, maar die is in een paar seconden 100 meter verderop en niet terug te vinden. Geen moerasparelmoervlinder, mogelijk ben ik net een weekje te vroeg vanwege de achterlopende natuur, of misschien is de soort er verdwenen. En tja, wat doe je dan? Er staat wel overal moerasviooltje. Een lievelijk, maar lastig te fotograferen bloempje van slechts enkele centimeters groot. Ik weet dat het de waardplant is van de zilveren maan, een mooie parelmoervlindersoort. En die stond ook op het wensenlijstje. Ik neem zelfs aan dat aangezien viooltjes bijna altijd de waardplant voor parelmoervlinders is dat de moerasparelmoer hier vast ook snoept van het moerasviooltje. Dus dan zet ik de waardplant van mijn doelsoort er maar op, dan heb ik in ieder geval iets. Ze staan hier leuk tussen de nattigheid wat me de mogelijkheid geeft om met wat bokeh te spelen.
Thuis blijkt dat in vochtige gebieden de waardplant blauwe knoop is in plaats van het moerasviooltje. Dus zelfs de waardplant heb ik niet kunnen fotograferen: weer een illusie armer. Maar voor mijn soortenlijst heb ik in ieder geval nu het moerasviooltje, de waardplant van de prachtige zilveren maan. En die moet er dit jaar ook maar weer eens op bedenk ik me. Zo krijg je bij wat lezen en googelen weer frisse ideeën.
Dit betekend dat de planning gaat schuiven, want het idee was om bij het eerste licht terug te gaan naar deze plek om een mooie, stil zittende moerasparelmoervlinder te portretteren in het eerste licht. Gelukkig had ik al rekening gehouden met deze mogelijkheid en stond er nog een mooie kalkheuvel als back-up op het programma. In deze tijd staat overal mannetjesorchis in bloei op de kalkgraslanden en doorgaans zijn die net uitgebloeid als ik de Eifel bezoek. Dus een ideaal moment om me dan maar met dit kleurrijke orchideetje bezig te houden.
En dan is de keuze voor de volgende ochtend al gauw gemaakt. De ochtendstond heeft goud in de mond en voor zonsopkomst verkennen is niet echt realistisch, dus met het eerste licht dan maar weer met dit mooie bloempje bezig. Ik kijk even in welke hoek de zon precies opkomt en zie dat hij mooi achter een bomenrijtje op zou komen die mogelijk een fijne achtergrond kunnen verzorgen. En ja hoor, de volgende ochtend is de lucht egaal zachtblauw en geloof het of niet, maar aan de grond is het zelfs subtiel wittig berijpt. Goede omstandigheden om met het eerste roze zonlicht en diep-paarse orchideetjes te spelen.
Een paar orchideetjes staan onder een wel heel fotogenieke wilg die uit meerdere stammen bestaat en fris groen in zijn blad staat. Een mooie gelegenheid om de groothoek macro van Laowa weer eens tevoorschijn te pakken. Ik spel wat met verschillende scherptediepte's, maar kom toch uit op een onscherpe achtergrond voor wat rust in het beeld.
En dan rijden we een stuk verder om eens een nieuwe locatie te verkennen. Mijn oog was gevallen op Schonecker sweiz, vanwege de lovende woorden over de vlinderfauna. Vooral de genoemde zilvervlek is een prachtige en zeldzame soort die ik nog maar 1 keer in mijn leven heb gezien en kunnen fotograferen. In de beschrijving word gesproken over de bospaden met veel viooltjes. Dus houd je de ogen open voor de waardplant van de zilvervlek. En we hoeven nog geen 100 meter te wandelen of de eerste viooltjes zijn gespot. Mooie blauwe viooltjes die ik voor bosviooltje houd. Ik weet dat er een donkersporig en een lichtsporig bosviooltje bestaat, maar hoe ik die onderscheid... geen idee eigenlijk. Dat zoek ik thuis wel uit. Viooltjes in het bos, dat moet goed zijn. Niet heel zeldzaam het bloempje zelf, maar wel erg mooi! Maar goed, het gaat er om dat je de vlinder die van dit plantje snoept spot, dus niet direct voor de bloempjes gaan liggen Johannes: focus. Je wilt een zilvervlek vinden...
10km en 2,5 uur later heb ik met volle teugen mogen genieten van dwarrelende oranjetipjes in grote getale, heb ik duizenden viooltjes gespot (overal even veel), heb ik een groot geaderd witje, een citroenvlinder en een oranjetipje om elkaar zien wervelen en zijn er de nodige andere leuke plantjes gespot, maar geen zilvervlek. Wel tweemaal een halve hartverzakking als je een landkaartje in zomervorm ziet, maar nee. Geen zilvervlek. Dan kruipen we toch maar tussen de viooltjes en gaan een mooie foto van de waardplant van de zilvervlek maken. Met een paraplutje en volle zon kan ik lekker spelen met mijn favoriete high-key beelden en dat levert toch fijne plaatjes op.
En, nerd die ik ben, wil ik nu toch wel weten welk viooltje ik heb: de donkersporige of het lichtsporig bosviooltje. Hmm, de spoor blijkt een lobje aan de achterkant te zijn en die is niet licht en niet donker. Toch even weer de pagina van eifel-natur erbij. Bijzonder is het voorkomen van het wonderviooltje. Oké, dus blijkbaar is dat viooltje ook nog eens een zeldzame soort, altijd leuk natuurlijk. En dan die naam: viola mirabilis, oftewel wonderviooltje. Elke bloem is een wondertje zou ik zeggen, maar het klinkt toch wel stukken boeiender dan grootbladig viooltje. Blijkbaar had degene die hem zijn latijnse naam toedichtte wat meer gevoel in zijn naamgeving gelegd dan menig droge soortnaam in het Nederlands. En zo word ik toch weer vrolijk van enkele bloemenfoto's.
En als het dan allemaal niet loopt zoals verwacht dan is het natuurlijk ook goed om even je verwachtingen los te laten en op de creatieve toer te gaan. En het frisse groen van de beuken, gecombineerd met de blauwe lucht waren goede ingrediënten om eens even naar boven te kijken. En met een meervoudige belichting kun je dan een fijne voorjaarsimpressie maken.
Dus voor iedereen die graag weer eens wat insectenbeelden van mijn hand zou willen zien. Excuus, ik heb mijn best gedaan, maar het mocht even niet zo zijn. Gelukkig kan ik melden dat ik inmiddels weer heerlijk heb lopen spelen met abstractie van viervlek vleugels. Dus in het volgende blogje schittert een libel in volle glorie! Al zullen weinigen er een viervlek van kunnen maken gok ik ;)