Weidebeekjuffer (Calopteryx splendens)
Uiterlijk: Weidebeekjuffers zijn grote, opvallende juffers die moeilijk te missen zijn als je ze langs ziet fladderen. De mannetjes hebben een prachtig, metallic, blauw-glanzend lichaam. Maar de meeste aandacht in vlucht wordt getrokken door de donkerblauwe pigmentvlekken in de vleugels. Het verschil met de bosbeekjuffer is dat de donkere vlekken niet de volledige vleugel bedekken. De vrouwtjes hebben een subtieler, groen-glanzend lichaam en licht-bruin berookte vleugels. De vrouwtjes zijn wat lastiger te onderscheiden van de bosbeekjuffer. Meestal hebben dames bosbeek nog donkerder vleugels, maar het enige harde kenmerk is de plaatsing van het pseudo-pterostigma, die zit bij weidebeekjuffer dichter bij de vleugeltop.
In Turkije komt de ondersoort intermedia voor waarbij de meeste vrouwtjes ook donkere vleugels hebben, met een wit pseudo-pterostigma. De mannetjes van deze ondersoort hebben het blauw in de vleugels tot aan de vleugeltop lopen en zijn daarmee alleen op basis van locatie te onderscheiden van de Iberische beekjuffer.
Voorkomen: De weidebeekjuffer is een algemene juffer die, zoals de naam al aangeeft, afhankelijk is van beken of kleine rivieren. In Nederland wordt de soort vooral gevonden bij traag stromende beken en rivieren van redelijke waterkwaliteit. De soort heeft een groot verspreidingsgebied en kan in grote delen van Europa in grote aantallen gevonden worden.
Gedrag: Misschien nog wel het meest betoverende aan de weidebeekjuffer is zijn gedrag. Alleen al de dwarrelende vlucht van de mannetjes, waarbij de vleugelvlekken prachtig zichtbaar worden is een feest voor het oog. Mannetjes nemen allemaal een territorium in langs geschikt voortplantingshabitat en verjagen met felle dansvluchten andere mannetjes. Bij hogere dichtheden zie je meerdere mannetjes in een wervelstorm over het water dartelen: puur genieten! Ook de manier waarop ze indruk proberen te maken op de dames is leuk om te zien: ze gooien hun kontje omhoog waardoor er een witte onderkant van het achterlijf zichtbaar word, laten zich op het water vallen en drijven al fladderend met de stroom mee. Mannetjes zijn zo agressief in hun poging te paren met een vrouwtje dat het vrouwtje noodgedwongen onder het wateroppervlak verwdijnt en de eitjes diep onder water afzet, zodat ze buiten het bereik is van de mannetjes.
Vliegtijd: De soort vliegt erg lang, van mei tot augustus.
Man
Vrouw
Copula
Androchroom vrouwtje spp. intermedia